Markets economize on the need for virtue, but do not eliminate it.
Vernon Smith (2008). Rationality in Economics: Constructivist and Ecological Forms, p 21
Andrew Sullivan gaat weer bloggen
Andrew Sullivan schrijft zijn afscheidscolumn in New York Magazine en kondigt aan dat hij zijn blog The Dish weer opstart. Dit is belangrijk nieuws in opiniërend en intellectueel Amerika.
Sullivan is geboren in Groot-Brittannië maar woont in de VS sinds 1984. Sullivan is een conservatief, maar een redelijk atypische. Hij is rooms-katholiek, was een van de eerste journalisten die uit de kast kwam als homo, ijvert voor het homo-huwelijk, is voor een kordate milieu-aanpak, is een hevig tegenstander van Trump, steunde Obama en zegt in november voor Biden te zullen stemmen.
Tyler Cowen noemde hem in 2015, na zorgvuldige overweging, de meest invloedrijke publieke intellectueel van de jongste twintig jaar in de VS.
Sullivan vertrekt (moet vertrekken) bij New York Magazine omdat hij er zich als opiniërend conservatief niet langer gewenst voelt.
What has happened, I think, is relatively simple: A critical mass of the staff and management at New York Magazine and Vox Media no longer want to associate with me, and, in a time of ever tightening budgets, I’m a luxury item they don’t want to afford. And that’s entirely their prerogative. They seem to believe, and this is increasingly the orthodoxy in mainstream media, that any writer not actively committed to critical theory in questions of race, gender, sexual orientation, and gender identity is actively, physically harming co-workers merely by existing in the same virtual space. Actually attacking, and even mocking, critical theory’s ideas and methods, as I have done continually in this space, is therefore out of sync with the values of Vox Media. That, to the best of my understanding, is why I’m out of here.
Zijn beslissing om zijn destijds heel populare blog The Dish (toen: The Daily Dish) weer op te starten is opmerkelijk. Sullivan belijdt daarmee zijn geloof in blogs als een eigen medium, die in deze woelige en soms oppressieve opinietijden een lacune vullen.
In 2008, zeven jaar voor hij wegens oververmoeidheid zijn blog stopzette, publiceerde hij de schitterende belijdenis Why I Blog. Ik heb het stuk zelf aan enkele generaties studenten journalistiek meegegeven als aanbevolen of verplichte literatuur.
In zijn afscheidsstuk in New York magazine schrijft hij nu:
If the mainstream media will not host a diversity of opinion, or puts the “moral clarity” of some self-appointed saints before the goal of objectivity in reporting, if it treats writers as mere avatars for their race and gender or gender identity, rather than as unique individuals whose identity is largely irrelevant, then the nonmainstream needs to pick up the slack.
Since I closed down the Dish, my bloggy website, five years ago, after 15 years of daily blogging, I have not missed the insane work hours that all but broke my health. But here’s what I do truly and deeply miss: writing freely without being in a defensive crouch; airing tough, smart dissent and engaging with readers in a substantive way that avoids Twitter madness; a truly free intellectual space where anything, yes anything, can be debated without personal abuse or questioning of motives; and where readers can force me to change my mind (or not) by sheer logic or personal testimony.
I miss a readership that truly was eclectic — left, liberal, centrist, right, reactionary — and that loved to be challenged by me and by each other. I miss just the sheer fun that used to be a part of being a hack before all these dreadfully earnest, humor-free puritans took over the press.
I’ll still probably piss you off, on a regular basis … And I hope to find readers who are fine with being pissed off — if it prompts them to reevaluate ideas.
Het hele artikel is zeer lezenswaardig, omdat het een van de beste inkijken biedt in het huidige media- en intellectuele klimaat in de VS en, mutatis mutandis, in Europa, België, Vlaanderen.
Hier is de inschrijfknop voor zijn blog. De abonnementsformule staat default op betalend, maar toegang is voorlopig gratis.
Vrijdagse gevarieerde links
- Experimenteel onderzoek van de Gentse professor Arbeidseconomie Stijn Baert e.a. over het effect van studentenjobs op CV’s. Elk soort studentenjob geeft recruiters positieve signalen over onder meer werkattitude, zin voor verantwoordelijkheid, motivatie en maturiteit. Enkel studentenjobs die in lijn liggen met de studie van de kandidaat zijn een positief signaal voor human capital en trainability.
- Slide uit een presentatie van de Amerikaanse ontwikkelingseconoom William Easterly. Overschrijvingen van migranten naar hun thuisland worden belangrijker dan ontwikkelingshulp.

- Naar eigen zeggen de grootste studie ooit naar de effecten van CO2-tax.
- Het rapport van het Vlaamse Economisch en Maatschappelijk Relancecomité. En het expertenadvies relancebeleid Vlaamse Arbeidsmarkt.
- Computer optimized building. Long overdue? Volgens het artikel is de bouw een van de weinige sectoren waarin de productiviteit de jongste decennia niet gestegen en zelfs gedaald is. Computer optimized building zou de bouwkosten met 20 tot 30 procent kunnen verlagen. “Imagine you have a 55-inch hole in your wall — it’s cheaper today to buy a TV to cover the hole than to get it fixed.”
Reminder: Bedrijven betalen geen belastingen
In de marge van het nieuws en het debat (goede analyse) over de uitspraak door het Europees Hof over de miljardenboete voor Apple wegens belastingontwijking, een kleine reminder: Bedrijven betalen geen belastingen, alleen mensen betalen belastingen.
De reminder is belangrijk omdat het debat over Apple ongetwijfeld populistisch zal geframed worden: “Laat de bedrijven, of de multinationals, de crisis betalen.”
Ik wil hier niet het Apple-dossier analyseren. De kwestie van belastingen op multinationals is daarvoor te “waanzinnig complex“.
Wie zich met populistische argumenten of simpele analyses in dit debat meent te moeten mengen, zal doorgaans groteske nonsens verkopen.
Miscchien kan de reminder – bedrijven betalen geen belastingen, alleen mensen betalen belastingen – wel helpen om het debat met de juiste argumenten te voeren.
Een bedrijf dat belastingen betaalt (op zijn winst) kan dat geld maar uit drie bronnen halen: zijn klanten (door hogere prijzen), zijn werknemers (door lagere lonen), of zijn aandeelhouders (door een lager rendement op hun investeringen). Daar is geen weg rond.
In realiteit zal de impact van een (hogere) winstbelasting wellicht verdeeld worden tussen de drie groepen. Maar we kunnen, noch in theorie noch in praktijk, inschatten hoe die verdeling van de impact zal gebeuren. Het hangt ervan af hoeveel ruimte elk individueel bedrijf heeft om zijn prijzen te verhogen, zijn lonen te verlagen of zijn dividenden aan aandeelhouders te verlagen.
Het punt is vooral dat we het niet weten. Dat is een povere basis om een beleid op te stoelen, maar dat is wel precies wat we aan het proberen zijn.
Ja maar, zegt de populist, (of de herverdeler) laten we dan een systeem van bedrijfsbelasting uitdenken dat enkel of vooral de aandeelhouders treft.
Drie bedenkingen daarbij:
- Gaan we echt een waanzinning complex systeem krankzinnig complex maken? Wat zijn daar de kosten en de baten van?
- Drie miljoen Belgen doen aan pensioensparen, zowat twee op de drie Belgen op arbeidsleeftijd. Ik vermoed dat in een groot deel van die pensioenfondsen wel ergens een Apple aandeel zit.
- Beetje technisch: Een maatregel die erop gericht zou zijn enkel de aandeelhouders te treffen, zou louter eenmalig zijn. De maatregel zou immers de prijs van de aandelen met hetzelfde bedrag (percentage) doen dalen. Aandeelhouders die de aandelen kopen na de maatregel, stappen dus lager in, en hun rendement zou niet aangetast worden door de maatregel.
Wie vennootschapsbelasting wil gebruiken om aan herverdeling te doen, zoekt dus beter manieren om aandeelhouders rechtstreeks te belasten, in plaats van via de complexe omweg van bedrijfsbelastingen. Het valt dan nog te bezien wat daar de gevolgen van zijn.
Deze en andere overwegingen hebben geleid tot voorstellen (en hier, en hier) om venootschapsbelastingen helemaal af te schaffen, en te vervangen door een vorm van consumptietax.
Dat kan op het eerste gezicht een te radicaal voorstel lijken. Maar wat zijn de alternatieven? De realiteit is dat we met het huidige systeem een gigantisch leger van lobbyisten, juristen en fiscaal experten in stand houden, en dat we met elk gepruts in de marge dat leger alleen doen aangroeien.
Wereldbevolking 2100: 10.9 of 8.8 miljard
Onderzoekers van het Institute for Health Metrics and Evaluation publiceerden zopas in The Lancet (samenvattend artikel, en hier) een studie waarin ze met een aangepaste methode voorspellen dat de wereld in 2100 een bevolking van 8.8 mensen zal tellen, meer dan twee miljard minder dan de voorspellingen van UNPD, die gebruikt worden in de meeste toekomstscenario’s.
De nieuwe studie houdt onder meer rekening met dalende vruchtbaarheidsratios’s door vooruitgang in opvoeding van vrouwen, met migratiestromen en met de effecten van vergrijzing.
In een alternatief scenario waarin alle landen tegen 2030 de Sustainable Development Goals op het vlak van onderwijs en contraceptie halen, zou de wereldbevolking in 2100 zelfs maar 6.3 miljard mensen tellen, meer dan een miljard minder dan de 7.6 miljard vandaag.
De voorspellingen kunnen een grote impact hebben op toekomstscenario’s.
Our forecasts for a shrinking global population have positive implications for the environment, climate change, and food production, but possible negative implications for labour forces, economic growth, and social support systems in parts of the world with the greatest fertility declines.
Voor een heel aantal landen zijn de voorspellingen bijzonder spectaculair.
De bevolking van China, vandaag 1.4 miljard mensen, zou nog heel licht stijgen tot 2024, om dan te dalen tot 730 miljoen mensen in 2100.
Japan zou zijn bevolking zien halveren van de huidige 128 miljoen naar 60 miljoen, Italië van 61 miljoen naar 30 miljoen, Spanje van 46 miljoen naar 23 miljoen.
De Democratische Republiek Congo zou zijn bevolking zien verdrievoudigen, van 81 miljoen naar 246 miljoen mensen.
Nigeria zou zijn bevolking bijna zien verviervoudigen, van 206 miljoen naar 790 miljoen, en zou daarmee het tweede grootste land ter wereld worden, na Indië (1.1 miljard).
Nice to know: in het Sustanaible Development Goals scenario zou Nederland (11.15 miljoen) in 2100 kleiner zijn dan België (11.57 miljoen).
Feiten & Cijfers: Google
Via Ted Sanders en eigen berekeningen:
Google verkocht in 2019 voor 135 miljard dollar aan advertenties. Dat is 257,000 dollar per minuut.
Gemiddelde advertentie-omzet per werknemer (110,000): 1.2 miljoen dollar. WPP, het grootste klassieke advertentiebedrijf ter wereld, haalt een gemiddelde omzet per werknemer van 156,000 dollar.
Gemiddelde winst per werknemer: 300,000 dollar bij Google, tegenover 18,500 dollar per werknemer bij WPP.
Gemiddelde omzet per gebruiker (1 a 2 miljard): 135 a 67 dollar.
Dinsdag quote
Economists’ proclivity to look at outcomes rather than at the rules that generate such outcomes has been a source of profound confusion. Reform of results or outcomes comes about through reform of the rules rather than through manipulation of the outcomes directly.
Geoffrey Brennan & James Buchanan (1986). The Reason of Rules: Constitutional Political Economy, p 16-17
Zijn we extreme armoede aan het uitroeien? Noah Smith antwoordt Philip Alston
De Amerikaanse economist en Bloomberg columnist Noah Smith reageert op een Guardian op-ed die Philip Alston schreef naar aanleiding van zijn eindrapport als speciale rapporteur over extreme armoede en mensenrechten voor de VN.
Noah Smith maakt volgende punten contra Alston:
- The lower the poverty threshold, the more important it is. Reducing $1.90/day poverty is more important than reducing $3.10/day poverty, which is more important than reducing $5.50/day poverty, etc. etc.
Dismissing the $1.90 threshold is therefore ridiculous… - The article’s author dismisses the idea that growth reduces poverty. Growth reduces poverty far more than anything else.
- The author equates “growth” with laissez-faire economic policies, which is wrong. He then dismisses China, discounting its impact on poverty reduction because he believes its growth didn’t come from laissez-faire policies.
- The author makes a number of assertions that are just flat-out wrong, such as that growth is correlated with increasing hunger and a reduction in the number of living-wage jobs. In fact, the exact opposite is true.
Conclusie:
By insisting we A) ignore important poverty reduction metrics, B) equate economic growth with laissez-faire policies, and C) discount the experience of China, the author does a vast and grievous disservice to the poor people of Earth, and to efforts to make them less poor.
Zaterdag quote
Vrijdagse gevarieerde links
- De European Blood Alliance promoot vrijwillige en niet-betaalde bloed- en plasmadonatie, contra Peter Bloody-Well-Pay-Them Jaworski dus. De Alliance kreeg zopas Europese steun voor een grootschalig Europees onderzoek naar de effectiviteit van behandeling van COVID-19 patiënten met plasma van voormalige COVID-19 patiënten.
- De Franse reclamewaakhond ARPP verbiedt (en hier) een TV-spotje van de Nederlandse e-fietsenmaker VanMoof omdat het spotje een klimaat van angst creëert en de schuld voor de klimaatproblemen op de auto afschuift.
- Transparantie op zijn Nederlands. De Nederlandse Rekenkamer publiceert een monitor waarmee ze in heldere taal en met overzichtelijk grafieken de Nederlandse overheidsmaatregelen in de Coronacrisis in kaart brengt.
Zinvolle zin van de dag
The person most responsible is Donald Trump, but there’s plenty of blame to go around. Congress has failed. State leaders have failed. People have failed. Really, it’s probably more accurate to say that our society is causing this catastrophe.
Binyamin Appelbaum op Twitter
Zijn we extreme armoede aan het uitroeien? Een domper op de feestvreugde
De Australische jurist en economist Philip Alston rondde zijn 2014-2020 mandaat als speciale rapporteur over extreme armoede en mensenrechten voor de VN zopas af met een behoorlijk ontnuchterend eindrapport (“advance unedited version” en een interview in The Guardian).
Huge progress has been made in improving the quality of life for billions of people over the past two centuries, but it does not follow that “extreme poverty is being eradicated.” … The first part of this report criticizes the mainstream pre-pandemic triumphalist narrative that extreme poverty is nearing eradication. That claim is unjustified by the facts, generates inappropriate policy conclusions, and fosters complacency.
De triumphalist narrative waar Alston tegenin gaat, is het hoofdzakelijk op economische groei gebaseerde verhaal van onder meer Steven Pinker (Enlightenment Now, 2018), Hans Rosling (Factfulness, 2018), de recente Nobelprijswinnaars Abhijit Banerjee and Esther Duflo (How Poverty Ends, 2020), en in eigen land vooruitgangsdenker Maarten Boudry, en ja, ook deze blog.
De cijfers zijn gekend. Tussen 1990 en 2015 daalde het aantal mensen in extreme armoede wereldwijd van 1.9 miljard naar 736 miljoen, waardoor het percentage extreem armen daalde van 36 naar 10 procent van de wereldbevolking.
Alston haalt in zijn rapport de basis van die berekening onderuit. “Extreme armoede” is gebaseerd op de international poverty line (IPL) van de World Bank. Die lijn staat vandaag op 1.90 dollar per dag tegen purchasing power parity, waarmee werkelijke koopkracht over verschillende landen kan vergeleken worden. Voor Portugal, bijvoorbeeld, zou dat neerkomen op 1.41 euro.
De IPL is belangrijk omdat zij als referentiepunt dient voor zowel de Millenium Development Goals als voor de Sustainable Development Goals (SDG’s) waarmee alle lidstaten van de VN zich in 2015 voornamen om tegen 2030 de extreme armoede uit de wereld te helpen.
Een van de problemen van de IPL die Alston aanhaalt, is dat ze destijds berekend werd op basis van een gemiddelde van nationale armoedelijnen van vijftien van de armste landen ter wereld, de meeste Sub-Sahara. Daardoor konden die armste landen sneller een verbetering rapporteren. Maar de maatstaf hield minder rekening met armoedefactoren in net iets minder arme landen en in noordelijker landen, waar kleding en huisvesting belangrijker factoren zijn om aan armoede te ontsnappen.
Maar de belangrijkste kritiek op de IPL van 1.9 PPP dollar per dag is natuurlijk dat ze “a scandalous lack of ambition” toont.
De Amerikaanse economische historicus Robert Allen berekende (en hier in een toegankelijker artikel), op basis van de laagst mogelijke kosten van een dieet van 2,100 calorieën per dag en drie vierkante meter levensruimte, een maatstaf van 2.63 dollar per dag in de armste landen en 3.96 dollar in de rijkere landen.
Op basis van nog een andere maatstaf, 5.5 dollar per dag, is het aantal armen wereldwijd nauwelijks gedaald tussen 1990 en 2015, van 3.5 miljard naar 3.4 miljard mensen, of van 67 procent tot 46 procent van de wereldbevolking.
Maar vergeet die hogere maatstaven. Waar het in 2015 haalbaar leek om tegen 2030 zero-armoede te bereiken tegen 2030, gemeten met de povere IPL, beginnen de Wereldbank en andere internationale organisaties nu toe te geven dat zelfs dat niet meer haalbaar is.
En dat was pre-Corona.
De pandemie, die de armsten wereldwijd het ergst zal treffen, zowel in ziekte als in economische gevolgen, zal volgens Alston alle vooruitgang teniet doen die we de voorbije drie jaar geboekt hebben, en zal 176 miljoen mensen onder de 3.2 dollar armoedelijn duwen.
De eerste twee delen van het rapport, waarin Alston stelt dat extreme armoede niet uitgeroeid geraakt, en waarin hij oproept de Sustainable Development Goals te herzien, zijn zeer factueel en overtuigend.
Het derde deel, Steps towards ending poverty, waarin hij zeven maatregelen bespreekt om extreme armoede wel de wereld uit te helpen, is korter door de bocht en minder factueel. Het is politiek controversieel en nogal eenzijdig, maar wel interessant.
De uitspraak dat “The failure to take the necessary steps to eliminate [poverty] is a political choice” kan ik volgen. Het kortere en populistischere “Poverty is a political choice“, dat Alston tweemaal gebruikt, behoeft op zijn minst historische duiding.
De stelling dat “If every country reduced its Gini index [een maatstaf van ongelijkheid] by 1 percent per year, it would have a larger impact on global poverty than increasing each country’s annual growth one percentage point above current forecasts“, die Alston ontleent aan een World Bank Working Paper van Christoph Lakner e.a., duidt op een mechanistische visie op de relatie tussen armoede en ongelijkheid die bediscussieerbaar is (en hier).
De aanbevelingen waarin Alston Emmanuel Saez en Gabriel Zucman (How to Tax Our Way Back to Justice) volgt, zijn ook controversieel. De Amerikaanse economist John Cochrane bood er op zijn blog in een vijfdelige serie grondig weerwerk tegen. Ten zeerste aanbevolen lectuur voor als we binnenkort ook hier te lande de discussies over rijkentax nog eens gaan voeren.
Alston eindigt met een oproep om de rol van de overheden in armoedebestrijding te herdenken en met een stevige uithaal naar het beroep op filantropie en CSR-achtige initiatieven om armoede de wereld uit te helpen.
Businesses are not motivated, managed, empowered, or incentivized to perform many of the essential public functions being systematically outsourced to them. This trend represents an abdication of responsibility by governments and international organizations. Some philanthropists have profited from many of the very patterns driving poverty … Despite claims of greater private sector efficiency, there is little efficient about tens of thousands of foundations, each with duplicate staff and overhead, competing to identify and implement worthwhile projects.
Wenkbrouwengefrons ten huize van Bill en Melissa Gates.
Addendum: de opvolger van Philip Alston als speciale rapporteur over extreme armoede en mensenrechten voor de VN is de Belgische jurist en professor aan de UCL Olivier De Schutter, die van 2008 tot 2014 al speciale rapporteur was voor de VN over het recht op voeding. De Schutter stelde gisteren 7 juli het rapport van Alston voor aan de VN.
Zaterdag quote
Zaterdagse gevarieerde links
- Citéco in Parijs is het enige economiemuseum in Europa. Via @Bas_Haring, die er niet enthousiast over is.
- Via Brilliant Maps: Europa onderverdeeld in gebieden met een economie even groot als die van Londen.
- Het Planbureau berekende dat de dienstensector sinds 2015 een grotere bijdrage levert aan de Belgische productiviteitsgroei dan de industrie. Dat is opmerkelijk omdat het tot 2015 doorgaans de industrie was die zorgde voor grotere productiviteitsgroei.
- Chinakenner Andrew Batson signaleert een fascinerend eerste-hands-relaas over hoe economische hervormingen in China vanaf het begin van de jaren 1980 voor een deel gestuurd werden door jonge onderzoekers zonder academische ervaring.
De enige ervaring die ze hadden, was dat ze gewerkt hadden in fabrieken, in mijnen en in de landbouw. Gesteund door de overheid vormden zij schrijfgroepen waarin ze geacht werden kritiek te leveren op de economische aanpak van de Bende van Vier in de jaren 1970.
Zij stelden marktgerichte hervormingen voor, niet vanuit theoretisch-academische inzichten, maar omdat ze aan den lijve ondervonden hadden hoe slecht de socialistische economische organisatie werkte.
Dinsdag quote
You cannot compare a macroeconomist to a pilot. There are two classes of experts. Belly dancers are experts at belly dancing. The people who steal radios from cars are experts at stealing radios from cars. Dentists are experts at dentistry. I’m not sure macroeconomists know anything about anything. Because there’s no feedback, so we don’t know. Maybe they know. Policymakers or people in the State Department, I’m not sure they know anything because there’s no feedback. We definitely know that a carpenter is an expert at carpentry, you see?
Nassim Nicholas Taleb (2020). Conversations with Tyler